Welke wijn gebruik ik om te koken?

De vuistregel is vrij eenvoudig: kook alleen maar met een wijn die je zo ook zou drinken. Ga je voor rood of voor wit, gebruik dezelfde kleur wijn als de kleur van je gerecht. Ga dus voor rode wijn bij rood vlees of tonijn en voeg witte wijn toe aan je gerechten met witte vis of gevogelte. Je kan gerust experimenteren met verschillende combinaties, maar probeer je wijnkeuze af te stemmen op de andere ingrediënten van het gerecht. Zo voorkom je dat de wijn overheerst of dat hij net helemaal niet doorkomt. Elke wijnsoort heeft zijn eigen karakteristieke smaak. Als je bijvoorbeeld een stoofpotje met wild maakt, mag je gerust een volle cabernet sauvignon gebruiken of zelfs een porto. Maak je een dessert met rode wijn, opteer dan eerder voor een lichtere, fruitige wijn, zoals een merlot. Onthoud vooral dat de juiste wijnkeuze geen exacte wetenschap is. Twijfel je, laat je dan leiden door het etiket, waarop je meestal interessante aanbevelingen kan vinden of kies voor een wijn uit dezelfde streek als je gerecht. Een heerlijk frisse witte wijn uit Lombardije of Veneto zal je risotto’s ongetwijfeld naar een hoger niveau tillen. Vraag dan gerust raad aan één van onze Prik&Tik medewerkers.

Een handige vuistregel is om een wijn te kiezen met dezelfde kleur als het gerecht dat u wilt maken. Wanneer u een gerecht maakt van rood vlees, kunt u kiezen voor een rode kookwijn. Kookt u een gerecht van witte vis? In dat geval is witte kookwijn de beste keuze. Het is ook mogelijk om rode wijnsaus te serveren bij witte vis. Kies dan wel voor een lichtere rode wijn van Wijnspecialist zoals een zachte Pinot Noir. Een andere handige regel is om een streekgerecht te combineren met een wijn die uit dezelfde streek komt. Kookt u iets Provençaals, dan kunt u daar vaak uitstekend een Provençaalse kookwijn aan toevoegen. Bij zoete gerechten, zoals een dessert met chocolade of fruit, is een heerlijke port van Wijnspecialist ook een uitstekende keuze.

Gebruik een rode wijn bij zwaardere gerechten met bijvoorbeeld rundvlees of wild. Witte wijnen passen over het algemeen beter bij lichtere gerechten met kip of vis. Kortom: rood bij rood en wit bij wit. Bekijk het etiket om te checken of je wijn droog of zoet is. Als vuistregel kun je aanhouden dat droge wijnen het vaak goed doen in stoofpotjes en soepen. Zoete wijnen passen dan vaak weer beter in een saus of bij een (zoet) nagerecht.

Droge en vrij frisse, witte wijnen zoals Riesling, Elbling, Sauvignon Blanc, Silvaner en Grüner Veltliner geven vis, zeevruchten, gevogelte- en groentegerechten een frisse kick. Een zuurarme witte wijn zoals Weißburgunder, Pinot Grigio, Trebbiano, Chardonnay en Rivaner wordt aanbevolen als smaakmaker voor romige sauzen, anders kan de room gaan schiften. Jonge, zoetere witte wijnen geven konijn, varkensvlees en gevogelte een zoet accent en versterken de smaak van desserts.

Eigenlijk is er maar één principe waar je je aan moet houden als je je kookwijn uitzoekt: gebruik alleen een wijn die je ook zou drinken. Is je wijn bijvoorbeeld verkurkt en daarom niet lekker om te drinken? Dan is deze wijn ook niet lekker in je eten. Ook kun je beter geen goedkope wijnen gebruiken die je ook niet zou drinken. Deze wijnen, met name goedkope witte wijnen, hebben weinig aroma’s en voegen dus nauwelijks iets toe aan je gerecht. Als je veel wijn nodig hebt, een hele fles bijvoorbeeld, kun je het best een goedkopere variant kiezen van de wijn die je wilt drinken. Zo behoud je dezelfde kenmerken in zowel je gerecht als je glas. Over het algemeen kom je met witte wijn uit op drogere, frisse wijnen zoals sauvignon blanc of pinot grigio. Maar ook een chardonnay zonder eikenhout of een gewürztraminer kan heel lekker zijn. Met rode wijn is het vooral belangrijk dat je een gemiddeld stevige wijn hebt met niet te veel tannines. Denk dan bijvoorbeeld aan een merlot.

Wijn kan als ingrediënt een enorme toevoeging zijn aan een gerecht. Als je de juiste wijn met het goede gerecht weet te combineren, zal je zien dat beiden nog beter gaan smaken. Bij rood vlees kook je met rode wijn, bij wit vlees of witte vis gebruik je voor je wijnsaus een witte wijn. Droge rode of witte wijnen zijn goede kookwijnen. Gebruik rode of witte droge wijnen bij runderstoofpotjes, romige soepen, bij mosselen en in rode of witte wijnsaus. Wijnsuggestie: Alamos Chardonnay of Louis Bernard Cotes du Rhone. Zoete wijnen zijn vaak licht en delicaat van smaak, ze zijn heel geschikt om in te pocheren. Wijnsuggestie: Estrella Moscatel. Ga voor een wijn uit de nieuwe wijnwereld, die zijn vaak uitgesproken en fruitig wanneer ze worden gereduceerd tot een saus. Deze wat vollere rode wijnsaus combineer je met bijvoorbeeld kip of varkensvlees.