Mensen houden over het algemeen van vlees, dus als ze iets anders willen, willen ze iets dat daar het meest op lijkt. Volgens voedingsdeskundige Guido Camps van de Wageningen Universiteit is de reden daarvoor terug te voeren op een bekend gezegde: 'Wat de boer niet kent, dat eet hij niet.' Als een product niet herkenbaar is, verkoopt het volgens Camps een stuk minder. Je kunt het ook een gestampte eiwitbrok noemen maar dat slaat waarschijnlijk niet zo aan bij de consument. Als het op vlees lijkt, weten mensen wat ze kopen en hebben ze een idee hoe het gaat smaken. Uiteindelijk is het simpel: mensen willen lekker eten. Mensen hebben een sterke voorkeur voor de smaak van eiwit. Het zou heel raar zijn om een vleesvervanger ineens een heel andere smaak te geven. Ook helpt het volgens de Wageningse onderzoeker, als producten op vlees lijken, om mensen over de streep te krijgen om vegetarisch te eten. Een deel van Nederland vindt vlees het hoofdonderdeel van de maaltijd. Alleen maar groente eten vinden ze konijnengedrag. Dus vegetarische producten die op vlees lijken kunnen ook die groep helpen.