Gebruik de blaadjes van de basilicum plant. Scheur de blaadjes in kleine stukjes en strooi over een pastagerecht, lasagne, soep of een simpele tomatensalade met mozzarella. Voeg verse basilicum altijd pas op het eind toe zodat er geen smaak verloren gaat.
Gebruik de blaadjes en het zaad en snijd de dille fijn. Dille smaakt heerlijk bij vis zoals zalm maar is ook erg lekker in sauzen, in een komkommersalade of bij aardappels.
Gebruik de blaadjes en de topjes van tijm en snijd dit fijn. Tijm moet je juist lang laten meekoken/bakken met een gerecht zodat het lekker veel smaak afgeeft. Tijm smaakt heerlijk met aardappels uit de oven, sauzen en soepen.
Gebruik de blaadjes en de steeltjes van de peterselie. Snijd de peterselie fijn. Peterselie smaakt lekker in soepen, sauzen en eigerechten zoals omeletten.
Gebruik de blaadjes van de plant. Kook de muntblaadjes niet mee maar gebruik als garnering over een dessert bijvoorbeeld aardbeien tiramisu, in een fruitsalade of maak verse muntthee.
Gebruik alleen de naaldjes van het plantje. Voeg rozemarijn snel toe aan een gerecht zodat je de rozemarijn zo lang mogelijk mee kan laten koken of bakken zodat het zoveel mogelijk smaak afgeeft. Rozemarijn smaakt heerlijk in gerechten met aardappel, champignons of vlees.
Voeg verse koriander pas op het laatste moment toe. Als je koriander verhit gaat het grootste deel van de smaak verloren. Koriander is lekker in Marokkaanse, Indiase of Aziatische gerechten, zoals stoofschotels, sauzen, curry’s of kipgerechten.
Gebruik verse bieslook als garnering of als smaakmaker in een salade. De sprietjes zijn heel gevoelig, dus kook of bak bieslook niet mee omdat dan een groot deel van de smaak verloren gaat. Voeg bieslook dus pas toe op het einde. Bieslook is bijvoorbeeld lekker in een zelfgemaakte eiersalade.