Een visser is over het algemeen bezig met het vangen en verzamelen van vis. Soms vangt een visser ook schaal- en schelpdieren. Het vis dat je vangt, is afhankelijk van de plaats waar je vist. Zo zit er een groot verschil tussen vissen op binnenwater en op zee. Vissers werken over het algemeen vanaf het water. Je moet je als visser dus kunnen redden op zee.
Als beroepsvisser vang je bijvoorbeeld kabeljauw, zalm en heilbot. Je werkt voornamelijk bij de kust en op binnenwateren zoals rivieren en meren. Een beroepsvisser valt onder de visserij en vangt vis voor commercieel gebruik. Beroepsvissers gebruiken verschillende vangtuigen, denk hierbij aan fuiken en staande netten.
Als zeevisser richt je je op het verkrijgen van schaaldieren, schelpdieren en vis. Populaire vissoorten voor zeevissers zijn makreel, tonijn en de bekende haring. Als zeevisser krijg je weleens te maken met slechte weersomstandigheden en het is belangrijk dat je tegen een stootje kunt. Soms heb je als zeevisser meerdere rollen aan boord. Je vangt dan niet alleen vis, maar bestuurt ook de boot als kapitein of matroos.
Magneetvissers vissen vaak uit hobbymatige interesse producten op door middel van een grote magneet. Je werkt als magneetvisser vaak in grachten en sloten. Sommige magneetvissers doen dit uit liefde voor het milieu, maar anderen proberen ook waardevolle spullen op te vissen om te verkopen.
Sportvissers zijn vooral hobbymatig bezig met vissen. Je vangt bijvoorbeeld snoek en gooit die over het algemeen weer terug. Als je meedoet aan wedstrijden, kun je geld verdienen met sportvissen. Je komt hier echter niet makkelijk van rond. Wil je van vissen je beroep maken, overweeg dan om bijvoorbeeld beroepsvisser of zeevisser te worden.